Kat in de nacht

Kort verhaal | Kat II (Perceptie)

Het is bijna middernacht en ik zit met een kattenbeet in mijn onderbeen bij de huisartsenpost te wachten. Tegenover me een gezin met drie kinderen waarvan de jongste suf in de armen van haar moeder ligt. Af en toe niest het kindje en dan veegt de moeder zachtjes zijn neus droog. De vader ijsbeert door de ruimte, de twee andere kinderen hangen over een telefoon. Naast de balie zit een echtpaar met een huilende peuter. De baliemedewerker is aan het bellen. Als de vader van de peuter gaat polsen hoe lang het nog duurt, wappert ze met haar hand en drukt de telefoon dichter naar haar oor.

Ik heb een boek meegenomen en lees rustig over een vrouw die verliefd wordt op haar vroegere middelbare schoolleraar. De vaders klagen tegen elkaar dat ze lang moeten wachten en als de arts bij de deur verschijnt stormen ze gezamenlijk op hem af. De arts probeert ze af te poeieren door te zeggen dat iedereen aan de beurt komt en hij roept mijn naam. Ik zit er korter dan de rest en als ik met de arts meeloop hoor ik de vaders mopperen dat het een complot is, dat mensen die meer premie betalen sneller worden geholpen. Ik denk dat het komt doordat ik vanuit huis een afspraak heb gemaakt en zij op de bonnefooi naar de post zijn gekomen. Het is allemaal perceptie.

Net zoals mijn buurvrouw, die kattenliefhebber is, dacht dat ik iets raars heb gedaan om de kat die me heeft gebeten uit te lokken. In mijn beleving is dat niet zo. Ik liep met mijn hond over een brede stoep toen er ineens een donkergrijze kat met gebolde rug vanuit een portiek opsprong. Hij wilde mijn hond aanvallen maar omdat ik ertussen liep werd ik het slachtoffer. De arts geeft me een tetanusprik en stuurt me zo snel als hij kan weer weg. Ik bedank hem vriendelijk.